
Een goed gebruik uit de academische wereld is om naast een eindverslag, vooraf een inhoudelijk logboek en een onderzoeks- of ontwerpvoorstel te schrijven. Dit kan ook bij een profielwerkstuk. Voor de docent maakt het de begeleiding en beoordeling makkelijker en voor leerlingen verhoogt het de kwaliteit van het werk.
Op basis van de vaardigheden die in het wetenschappelijk onderwijs gevraagd worden is het logisch om leerlingen niet een lang verslag, maar een kort paper te laten schrijven over hun bevindingen. Het dwingt leerlingen om tot de kern te komen, alleen relevante theorie te presenteren en hoofd- van bijzaken te onderscheiden.
Het onderzoeksvoorstel geeft leerlingen de ruimte om te onderbouwen wat ze gaan doen en vooral waarom ze het gaan doen.
Leerlingen maken vaak drie documenten:
- Een logboek: een chronologisch procesdocument. Het logboek is geen urenregistratie van de leerlingen, maar een journaal waarin de leerlingen hun bevindingen en denkproces kunnen formuleren. Vooral voor zichzelf, maar ook voor jou als begeleider/beoordelaar. Meer over logboeken
- Een onderzoek- of ontwerpvoorstel: een voorstel waarin een degelijk theoretisch kader (de ‘status questionis’) de basis vormt voor een plan van uitvoering. Bij een ontwerpopdracht hoort ook een markt- of behoeftenonderzoek. Er is nagedacht over een haalbare, realistische opzet van het onderzoek of ontwerp, waarbij rekening is gehouden met validiteit. Meer over onderzoeksvoorstellen
- Een eindverslag of een paper: een paper schrijven is gebruikelijk in de academische wereld, een profielwerkstuk is daar een mooie oefening voor. Het profielwerkstuk wordt mondeling of op andere wijze (denk aan een vlog, documentaire, fotoreportage, toneelstuk etc.) afgesloten met een presentatie van de resultaten. Dit in tegenstelling tot een paper.’