Experimenteren

Gaat jouw vraag over chemische, natuurkundige of (neuro-)biologische processen? 

Heb jij een NT- of NG-profiel? Dan is de kans groot dat jouw vraag over chemische, natuurkundige of (neuro-)biologische processen gaat. Dat vraagt om een experiment! Misschien heb je nu direct een beeld van jezelf die als een soort Einstein met ontploft haar boven reageerbuisjes hangt, maar het kunnen ook gedragsexperimenten zijn.

De gegevens die je nodig hebt voor jouw onderzoek, haal je uit metingen. Oftewel een experiment! Dit is onderdeel van de empirische cyclus. Hieronder lees je meer over het stappenplan dat jou vanaf begin tot eind door het onderzoeksproces leidt.

Voorbereiding van het experiment

Voor je aan een experiment begint, moet elk detail zijn uitgedacht en uitgeschreven.

De volgende vragen kunnen je hierbij helpen: 

  • Toets ik met dit experiment mijn eerder opgestelde hypothese? (Een hypothese is een voorspelling of verwachting.)
  • Is mijn experiment haalbaar? Kun je de onderstaande vragen met ‘ja’ beantwoorden, dan ben je goed bezig:
    • Is het te financieren?
    • Heb ik genoeg tijd?
    • Is er apparatuur beschikbaar?
    • Is mijn experiment ethisch verantwoord? (Schaadt het o.a. geen mensen, dieren, culturen of religies etc.). Lees hier meer over ethiek.

Let op: als je gegevens verwerkt van deelnemers, moet je werken met toestemmingsformulieren en ethische verklaringen. Denk bijvoorbeeld aan gegevens uit tests, interviews of observaties. Lees hier meer over ethiek en proefpersonen.

  • Plannen!
    • Dit is een heel belangrijk onderdeel om niet in tijdnood te komen, want misschien duurt jouw experiment wel heel lang. Schrijf een protocol (een nauwkeurige stap voor stap uitleg,  ook wel materiaal & methode) van je experiment. Zet daarin welke handelingen je precies uit gaat voeren en wanneer? Wat heb je nodig om het uit te voeren? 
    • Gaat het je veel tijd kosten om je opstelling te bouwen? Neem dit dan mee in je planning. Maak ook een taakverdeling: wie doet wat?
    • Zijn eventuele deelnemers van je experiment op de hoogte gesteld?
    • Maak je een profielwerkstuk voor scheikunde, overleg dan ook met jouw docent of je de H- en P-zinnen (hazard and precautionary) moet noteren. Als je deze zaken van tevoren goed uitdenkt, voorkom je fouten tijdens de uitvoering.
  • Hoe analyseer ik de data uit mijn experiment?
    • Benoem alle variabelen: zijn er zaken die jouw experiment kunnen beïnvloeden? (Bijvoorbeeld licht of temperatuur.) Wat wil je uiteindelijk toetsen? Hoe meer verschillende condities, hoe lastiger het allemaal met elkaar te vergelijken is, zeker als je ook nog statistisch toetst.
  • Doe een proefexperiment
    • Test je experiment vooraf in het klein. Zo’n proefexperiment noemen we een pilot. Bij een pilot, test je dus de opstelling en kijk je of alles goed gaat.
Schrijf alles op

Zorg dat je tijdens de uitvoering alles goed documenteert in een logboek. Dat is iets anders dan een tijdsplanning, want daarin kijk je vooruit. In een logboek registreer je wat je gedaan hebt en welke data uit je experiment komen, maar ook eventueel opvallende zaken. Valt bijvoorbeeld een batterij uit tijdens je experiment of gaat het brandalarm af? Noteer dan wat het effect hiervan is op het experiment. Als je dit goed bijhoudt, kun je dit meenemen in je discussie in het profielwerkstuk.

Uitvoering experiment

Heb je alles kunnen afvinken? Dan is het tijd voor de uitvoering van het experiment! Volg alle stappen uit je voorbereiding nauwkeurig op en gaat er toch iets mis? Dan kun je altijd nog bijstellen, maar met een goede voorbereiding is de kans op ontploft haar minimaal. Toch nog even checken of je er écht helemaal klaar voor bent? Bekijk dan de checklist in de downloads.

Op naar de volgende stap

Zit je haar nog goed en heb je het brandalarm niet af laten gaan? Dan kun je door naar de volgende stap: het schrijven van je profielwerkstuk